schelp
Op mijn altaar ligt al jaren een schelp als symbool voor de godin. Omdat de
schelp hol is strooi ik er soms wat zout in als symbool voor aarde, of brand ik
er wat wierrook in als symbool voor lucht. Ik heb nog 9 van deze schelpen. En
hoewel ze er bijna identiek uitzien, is mijn schelp toch bijzonderder. Ook had
ik een worksop, over Zoe de kleine zeemeermin die op zoek ging naar de mooiste
schelp van de zee. Ik had bedacht dat ik een piepschuim balletje
parelmoerkleurig zou laten verven en in de schelp zou laten plakken. Er was
alleen een probleem, er deden tien kinderen mee aan de workshop, en ik had maar
9 schelpen. En 9 schelpen is er een te weinig.
Nu was er nog geen les geweest waar ook daadwerkelijk 10 kinderen aan mee
deden. Dus bedacht ik dat ik voor de vorm best mijn altaarschelp mee kon nemen.
Zodat het zou lijken alsof ik wel genoeg materiaal bij me had, maar eigenlijk
zou ik schelp nummer 10 gewoon weer mee naar huis nemen. Een voor een kwamen de
kinderen het workshop lokaal binnen, ik telde er al, 5, 6,7,8, het ging er om
spannen, 9, laat dit de laatste zijn, nee hoor, 10! Koortsachtig dacht ik na,
wat te doen? Moest ik ze per twee tal een schelp laten maken? Maar dan zouden ze
veel te snel klaar zijn? Kon er niet gewoon eentje ziek worden? Konden we de
schelpen niet gewoon tekenen? Dat is toch ook heel leuk? Ik kwam er niet uit,
dus besloot ik maar schepen uit te delen. Alleen nu de vraag aan wie moest ik
mijn altaarschelp uitdelen? Ik wilde dat hij bij een bijzonder kind terecht zou
komen. Iemand die hem zou bewaren ook, niet iemand die hem in de prullenbak zou
gooien. Terwijl ik aan het peinzen was trok er een meisje aan mijn arm, juf, ik
wil die schelp hebben, en ze wees mijn altaarschelp aan.
Glimlachend overhandigde ik haar mijn schelp. Nee, ik zeg het verkeerd, ik
offerde haar mijn schelp. En ik voelde dat het goed zat, zij zou mijn schelp
begrijpen, er moest een reden zijn dat zij perse deze wilde hebben. Ondertussen
dacht ik diepe boeddhistische gedachten. Dat het maar gewoon een schelp was,
maar gewoon een symbool, niet de godin zelf, dat iedere andere schelp het ook
prima op mijn altaar zou doen, dat ik er niet zoveel waarde aan moest hechten en
dat dit toch wel echt offeren is.
En zo bleek deze laatste les dus vooral voor mij een les te bevatten
......
Parel
Toen ik net begon met bloggen was het meest gehoorde commentaar je leest zo
lekker weg. Een opmerking die ik overeen vind komen met Wat vind je van mijn
nieuwe bank? Hij matcht wel goed bij je bloempotten. Of wat vind je van mijn
nieuwe servies? Tja,(ongemakkelijke stilte) heel apart. Ik nam me dan ook
stellig voor te stoppen met bloggen als deze opmerking nog een keer gemaakt zou
worden. Ik wil niet dat mijn schrijfsels bij de bloempotten matchen, of dat
mensen er ongemakkelijk stil van worden als ze vinden dat het ter sprake moet
komen. Het gekke is dat sinds die dag de commentaren veranderden.
Nooit meer hoor ik dat ik zo lekker weg lees. Nee, nu word ik op verjaardagen
voorgesteld als Laura die altijd van die leuke stukjes schrijft. Of laten
moeders van vrienden via hun zonen weten dat ze zo genieten van mijn stukjes
(dank je wel mama van Aldo). Soms zeggen mensen dat ze een zin zo mooi gekozen
vinden, of dat een sfeer zo duidelijk voelbaar is dat ie bijna tastbaar word.
Hoewel ik natuurlijk niet voor anderen schrijf, en ik het echt veel belangrijker
vind dat ik zelf kan genieten van het schrijven, word ik van dat soort
commentaren toch wel heel blij. Het voelt alsof ik een groei heb doorgemaakt.
Alsof ik echt beter ben gaan schrijven (wat ook wel zo is).
Maar het aller mooiste compliment kreeg ik dit weekend. Een Regenboog
vriendin was zo onder de indruk van mijn schelpen verhaal dat ze er door
geïnspireerd raakte. Als ik een schelp die voor mij bijzondere waarde had
opofferde aan een kind, dan kon zij ook wel een bijzondere schelp aan mij
offeren. En dus kreeg ik een schelp die zo mooi is dat ik hem bijna niet aan
durfde te nemen. Maar als Regenboog vriendin een geschenk van uit haar hart
geeft dan durf je niet eens tegen te stribbelen. Dan is de enige gepaste houding
een knuffel en een dank je wel. Ze vertelde over het eiland waar de schelp
vandaan kwam en hoe ze hier vele jaren met veel plezier vakantie vierde. In
poëtische bewoordingen beschreef ze de kleur van de zee en de structuur van het
zand. Ze had er ook nog een parel in willen doen, maar had deze niet kunnen
vinden. Ik glimlachte, ik heb geen parel nodig, het verhaal dat aan deze schelp
zit is een parel waar geen echte parel tegen op kan.
Dank je wel Regenboogvisje!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten