woensdag 20 november 2013

geef maand 2013 #3

13 november 

Ik bereid in mijn eigen tijd een activiteit voor op mijn werk voor en neem eierdozen uit mijn privé collectie mee. Mijn hele omgeving spaart die dozen namelijk voor mij op zodat ik naar hartenlust krokodillen kan knutselen met Sprookjesjuf. Ook hebben we vandaag een afscheidsetentje van een van de collega's uit de invalpool. Eigenlijk was ik niet van plan een cadeautje te geven, maar omdat het geef maand is geef ik mijn laatste reep Tony Chocolonely weg. Een limited edetion die ik nog niet geproefd heb. Als dat geen geven is.

14 november

Er belt iemand op mijn Sprookjesjuf telefoon! Dat is nog nooit gebeurd! Of ik wil komen schminken op een kinderverjaardag. Ik reken geen reiskosten, want ik moest vandaag nog iets geven.

15 november

Een zak pepermunt die ik al eens weg had gegeven krijg ik ineens weer terug. Ik besluit hem mee te nemen naar mijn werk om hem daar in de snoeppot op het kantoor te stoppen. De snoeppot blijkt verdwenen te zijn. Gelukkig hebben de peuterspeelzaal collega's nog wel een snoeppot te leen.

16 november

Ik bedenk me dat het wel een aardig gebaar is als ik de Gitarist een aantal spullen die hij bij mij heeft achtergelaten terug breng. Ook neem ik mijn schmink mee om zijn neefje en nichtjes van een vrolijk toetje te voorzien als ik mee ga naar een verjaardagsetentje.

17 november

De gitarist heeft geen brood meer, in alle vroegte sta ik op om dat alvast te gaan halen voordat hij wakker wordt zodat we samen kunnen ontbijten.

18 november

Er komt een mevrouw een workshop verzorgen. Eigenlijk vergeet ik altijd om haar iets te drinken aan te bieden. Daarom neem ik me voor om haar dit keer wel een kopje thee aan te bieden. (Overigens is het niet zo dat ze uitdroogt hoor, ik zie haar vaak wel een glaasje water halen, maar de drempel om zelf thee te zetten op een locatie die niet de jouwe is, is toch groter weet ik uit ervaring)

19 november

We hebben cursus, ik neem een pakje koekjes mee om uit te delen bij de thee. Soms zit geven hem nu eenmaal in dat soort kleine dingen.


dinsdag 19 november 2013

Sletvrees

Ik heb lang nagedacht of ik wel of niet moest bloggen over Sletvrees. Net toen ik bedacht had dat ik dat niet ging doen, omdat ik dacht dat het niet nodig was las ik een blog dat me deed beseffen dat het wel degelijk heel erg nodig is hierover te bloggen.

Voor wie de afgelopen week op een andere planeet heeft doorgebracht (of geen tv heeft natuurlijk) hier een linkje naar de docu van Sunny Bergman. Sunny onderzoekt in deze documentaire hoe seksueel bevrijd we nu eigenlijk zijn. Als ik naar mezelf en mijn directe omgeving kijk denk ik dat het nogal tegen valt met die seksuele bevrijding van ons vrouwen.

Hoewel ik er geen geheim van maak dat mijn relaties niet perse monogaam zijn haast ik me vaak  om daar aan toe te voegen, maar ik ben geen slet hoor, ik deel heus niet het bed met iedereen. Ik denk dat ik mijn bed met minder mensen gedeeld heb dan de meeste vrouwen van mijn leeftijd. (het zijn er minder dan 10)Toch zal ik sneller als slet bestempeld worden omdat ik nu eenmaal met zowel vrouwen als mannen naar bed ben geweest (en langere relaties heb gehad) en ik weleens twee partners tegelijk heb gehad. Dat kan natuurlijk niet. Beschaafde meisjes doen dat niet, dus zal ik wel een slet zijn.

Het gekke is dus dat ik daar zelf in mee ga door te benoemen dat ik GEEN SLET ben als mensen vragen hoe het nu zit me mij en relaties. Waarom doe ik dat? Waarom ben ik bang dat mensen zouden kunnen denken dat ik wel een slet ben? En als zou ik wel een slet zijn, wat dan nog? Waarom zou ik niet dezelfde rechten hebben op seksuele vrijheid als die mannen zichzelf toe-eigenen?

Als Sunny met een seksuoloog praat komen ze tot de conclusie dat vrouwen vaak minder van seks genieten dan ze zouden kunnen omdat ze zich schuldig maken aan sletvrees. En weer ben ik schuldig. Ik herken me in het profiel van seksuele geremdheid. En als ik met vriendinnen over dit onderwerp praat (ja meisjes praten ook over seks) merk ik dat ik hier niet alleen in ben. Waarom doen we dat toch?

Ik zou verwachten, of nu ja misschien is het meer hopen, dat een documentaire als deze vrouwen aanmoedigt die waarom vragen te beantwoorden. Maar het tegendeel lijkt waar te zijn. Nee in plaats daarvan vinden we Sunny een slet, gooien we met modder en vinden we haar vooral heel stom. En eerlijk gezegd vind ik dat dan weer heel stom. Sunny roept ons niet op ineens massaal te gaan sletten, lijstjes bij te houden van het aantal veroveringen in ons bed of er bij te gaan lopen alsof bedekkende kleding niet meer binnen ons budget paste. Het enige wat ze ons vraagt is, hoe seksueel vrij ben jij eigenlijk? Maar een eerlijk antwoord op die vraag geven is waarschijnlijk te confronterend. En dat, is best een beetje jammer.

zaterdag 16 november 2013

Gewoon Single



Gewoon Single
vooroordeleln, misvattingen en andere ongemakken
Karin Ramaker www.met-k.com
uitgeverij scriptum
ISBN 9789055947935

Nadat het recensie exemplaar van "Gewoon Single" bij mij in de brievenbus viel nam ik de houding aan van kritische lezer. Want dat had de lezer van mijn blog toch zeker verdiend? Een oprecht kritische blik op dit boekje? Maar al snel veranderde die kritische blik. Want oké, toegegeven, het is geen boekje dat je leest om de mooie zinnen of formuleringen. Arthur Japin schreef in zijn dagboek dat hij een zin had geformuleerd die zo mooi, zo lang en zo ingewikkeld was dat zijn computer er iedere keer op vast liep. Zo'n boekje is dit dus niet. Nou en!

Wat het wel is? Een heel praktisch en herkenbaar boekje. Voor de singles onder ons zal het een feest van herkenning zijn. Terwijl het de niet singles onder ons aanmoedigt een beetje begripvoller  om te gaan met de singles in hun omgeving. En daarmee zou ik het vooral willen laten lezen aan al die mensen die al jaren gesteld zijn, of net verliefd en totaal op gaan in de ander, die vergeten zijn hoe het ook alweer was om single te zijn. Of die dat misschien wel nooit geweten hebben omdat ze van huis uit direct zijn gaan samen wonen en dus echt niet weten hoe het is om alles zelf te moeten regelen.

In de regel zal ik misschien niet gezien worden als single. Maar ik leef wel al een hele poos alleen. De relaties die ik had in die jaren waren ook niet van het soort waarbij het vanzelfsprekend is dat je de feestdagen gezellig met elkaar doorbrengt of leuk samen op vakantie gaat. In die zin weet ik dus wat het is om te moeten leuren of iemand met je mee wil gaan iedere keer dat je iets wilt ondernemen. Karin weet dat op een fijne manier te omschrijven waarbij de single nooit als sneufiguur wordt weggezet. En dat vind ik knap. Ze slaagt erin de kracht die er in de single zit steeds weer naar voren te brengen. Daarmee is dit dus ook een ideaal boekje voor mensen die net weer single zijn of zij die het single zijn even niet meer zien zitten. Het zal ze geen dingen vertellen die ze nog niet wisten. Maar het zal ze wel wijzen op de dingen die ze toch maar even voor elkaar weten te boksen. Alleen! Het laat ze zien hoe moedig en dapper ze eigenlijk zijn.

Buiten de Twitter bekende van mij die in dit boekje hun zegje doen was ik ook aangenaam verrast door het interview met Lenie de Zwaan. Zij geeft dit boekje ook nog een beetje politiek mee. Want politiek gezien is er nog een heleboel waar de single (en in mijn ogen zeker de single vrouw) mee te kampen heeft. In de wet is iedereen gelijk, maar gehuwde personen worden wel een beetje voorgetrokken. Want de wet is niet gewend aan singles. Iedereen betaald bijvoorbeeld nabestaanden pensioen, maar je mag niet zelf weten aan wie je dat wilt nalaten. Als single mag je dus niet een goede vriend, vriendin, broer of zus aanwijzen als jouw nabestaande. Iets waar ik me al jaren boos over maak. (meestal heel stil en in mijn eentje, want je wilt natuurlijk niet zeuren, of overkomen als verbitterde single, maar krom is het wel)

Buiten de liefdevolle adviezen en politiek staan er ook persoonlijke verhalen over bijvoorbeeld rampzalige dates in het boekje omschreven. Iets dat volgens mij ook iedere single wel herkent. Ik zou er in ieder geval ook een klein boekje mee kunnen vullen. Ik had het niet verwacht, maar dit boekje is een feest van herkenning dat zo vol liefde is geschreven dat ik het iedereen kan aanraden.

Ik ben benieuwd naar het volgende project van Karin, want ongetwijfeld woont er in haar hoofd alweer een nieuw boek dat wacht om geschreven te worden.



woensdag 13 november 2013

Geef maand 2013 #2

Het geven is nog niet afgelopen. We geven vrolijk door.

5 November
Visje, die ik al veel te lang niet meer gezien had kwam langs en klaagde over gebrek aan sleutelhangers. Toevallig had ik als afscheidscadeautje van een peutertje een sleutelhanger gekregen die ongebruikt in de kast lag te liggen. Ik vermoede dat die daar nog wel even zou blijven liggen. Dus mocht Visje hem mee nemen.

6 November
Ik had twee vrijkaartjes gewonnen voor de film "Het geheim van Sophia", een film die gemaakt is omdat er al 25 jaar televisie gemaakt wordt voor het Sophia kinderziekenhuis. Ik heb een van de kaartjes aan mijn moeder gegeven. Mijn verwachtingen waren niet hoog. Ik had het idee dat ze het halve personeel als acteur hadden ingezet ongeacht of je nu kon acteren of niet. Maar dat de organisatie ook zo slecht zou zijn had ik niet kunnen vermoeden. Het was echt een voorstelling bedoeld voor zieke kinderen. Er waren zo weinig stoelen dat ik me bezwaard voelde er gebruik van te maken. Want dan pikte ik vast een stoel in van een ziek kindje. Na dat we een Hello Kitty ijsje hebben gegeten zijn we dus stilletjes weggeslopen.

7 November
Ik besloot om vandaag een rot klusje voor iemand te doen. Op de BSO moesten de punten geslepen worden. Dan heb ik het niet over 1 of 2 potloodjes. Nee, we praten eerder over een stuk of 200 potloden. Ik had te weinig tijd om ze echt allemaal te slijpen. Maar ik ben een heel eind gekomen.

8 November
Heb ik samen met een van de kinderen een mooi knutselwerkje gemaakt van lucifers die nu op hangt in onze BSO ruimte. Oké toegegeven het is geen meesterkunstwerk. Maar we hebben het zelf gemaakt en cadeau gedaan aan de groep.

9 November
Vandaag was een makkie, de gitarist is bijna jarig. Dus ging ik op pad voor een cadeau. Ik haalde een tosti-ijzer omdat zijn oven nog bij mij in de berging staat en hij dus al een jaar geen tosti's uit de oven heeft kunnen eten. Vanaf nu kan er dus weer genoten worden van gesmolten kaas, als is het dan in een iets andere vorm.

10 November
De gitarist wordt altijd erg blij van ontbijtjes met koffie, fruit en brood. Ik heb dus een ontbijtje voor hem gemaakt. Dat zijn nog eens makkelijke geefacties.

11 November
Op onze Facebook groep Ordinary Witches heb ik een uurtje orakelkaarten voor mensen gelegd. Misschien lijkt het alsof dat niet echt iets geven is. Maar al met al gaat er nog behoorlijk wat energie zitten in het openstellen voor iemand anders, die ik vaak niet echt ken, en het komen tot een antwoord op een vaak ongestelde vraag.

12 November
Op mijn Facebook kreeg ik het verzoek of ik niet iets hekssigs kon doen voor iemand zijn enkel. Nu heb ik op het afgelopen sjamanistisch festival geleerd hoe je vuurballen kunt maken waarmee je iemand kunt helen. Dat klinkt vast heel erg hocus pocus. En waarschijnlijk is het dat ook. Maar niet geschoten is altijd mis. Dus heb ik me teruggetrokken in mijn heksenhuisje en heb ik geprobeerd op afstand te helen. Nu is de betreffende enkel gebroken, dus ik verwacht niet dat hij op wonderbaarlijke wijze ineens genezen is. Maar wellicht heb ik iets van de pijn kunnen wegnemen of iets, als is het maar een klein beetje, kunnen bijdragen in het genezingsproces.

Het valt me op dat ik vooral de spirituele dingen die ik eigenlijk best wel vaak "geef" zelf helemaal niet als geven ervaar. Eigenlijk heb ik helemaal niet heel veel dingen weggegeven die ik anders niet weg zou geven. Ik had gedacht dat ik dit een lastigere opdracht zou vinden. Maar moet tot de conclusie komen dat ik best een gevend persoon ben van nature.

zaterdag 9 november 2013

Wie zijn toch die bezoekers

Wie zijn toch die bezoekers, vroeg ik me af op 3 Januari 2011.
Een vraag die me nog steeds met enige regelmaat overvalt.
Wie zijn toch die lezers van mijn blog, die volgers op Twitter. Waarom komen ze op mij? Wat heb ik ze te bieden. Ik denk dat ik er nooit helemaal aan zal wennen.

Soms dan kom ik hier, op dit weblog en zie ik dat er bezoekers zijn, op mezelf na. In mijn hoofd ga ik het lijstje af, de Parkman kan het niet zijn, die leest mij niet meer, de Gitarist heeft mij nooit gelezen en Mama is echt even iets anders aan het doen. Ook is het niet zo dat ik net een blogje heb geschreven en reclame heb gemaakt op Twitter of Facebook. Dat wil nog wel eens helpen. De enige conclusie is dus dat ik gelezen word! Iets waar ik me toen ik met dit blog begon erg tegen verzet heb. Als ik niemand vertel dat ik blog kan ook niemand me vinden, was zo ongeveer de gedachten. Wat dan de meerwaarde van een blog was weet ik niet helemaal. Misschien de mogelijkheid gelezen te kunnen worden. Maar dan meer toevallig zoals iemand een opengeslagen dagboek leest.
Ik fantaseer graag over wie die lezers zijn, en wat ze hier vinden. Soms krijg ik de nijging koffie of thee voor ze te zetten met een stukje fairtrade chocolade erbij.? Kom maar lieve lezer, vertel me wie je bent, er is zoveel dat je van mij weet, en zo weinig dat ik van jou weet.? Zou ik dan willen zeggen. Maar dat zou onzinnig zijn, het voordeel van lezer zijn is tenslotte dat dit in de luwte kan.

Dus leg ik me er bij neer, ik word gelezen en nooit zal ik weten waarom of door wie, nooit zal ik weten of het mijn buren zijn of iemand die me vriendelijk groet op straat. Het is maar goed dat ik geen boek heb geschreven voor een massapubliek.

Dag Vlindermeisje

4 januari 2011

Op de deurmat ligt een kaartje, een kaartje voor mij, zoveel is duidelijk. Waarom zou iemand Huisgenoot immers een kaartje met vlinders erop sturen? Bovendien Huisgenoot is bijna geen Huisgenoot meer, nog even en dan word Huisgenoot weer gewoon Marinus en Neelis word Huisgenoot, of Huisgenoot twee liever gezegd. Langzaam aan komen er steeds meer spullen van Neelis en gaan er steeds meer spullen van Marinus, het zou dus niet logisch zijn als mensen nog kaartjes met vlinders erop voor hem naar dit adres sturen. Vlinders op kaartjes wijzen op privé post. Op met de handgeschreven boodschappen, op mensen die mij kennen, die moeite voor mij gedaan hebben, die zich in mij verdiept hebben. Een vlinder is voor mij een zeer sterk symbool. IHet staat voor transformatie, voor verandering, processen die ik belangrijk vind, waar ik me graag mee bezig hou.

Ik probeer te raden van wie de kaart is, misschien van die ene oud collega, die ik overigens nog steeds een kaartje terug moet sturen, even voel ik me schuldig. Of van mama anders, het is een mooie kaart, mama zou zoiets uit kunnen kiezen. Maar het handschrift is niet van de oud collega en ook niet van mama. Het duurt even voordat ik het kan plaatsen. Dan vallen puzzelstukjes op zijn plaats en ontstaat er alleen nog maar meer verwarring.

Het is een kaart vol dank je wels. Dank je wel voor een leuke tijd, dank je wel voor lieve woorden, dank je wel voor je kaarten, dank je wel voor je brieven, dank je wel voor je kusjes, dank je wel voor je knuffels. Heel lief en het ontroerd me, maar een jaar te laat. Vorig jaar hoopte ik op waardering voor mijn kaarten en mijn brieven. Vorig jaar dacht ik, vind ooit nog maar eens een meisjes dat zo leuk is als ik, een meisje dat je iedere dag kaartjes en briefjes stuurt of kleine attenties geeft bij wijze van advent kalender. Vorig jaar fantaseerde ik hoe die briefjes en kaartjes met een lintje eromheen bewaard zouden blijven, hoe hij ze later nog eens door zou lezen, met een glimlach op zijn gezicht, denkend aan mij, dat kleine gekke meisjes dat zijn leven zo vrolijk in gevlinderd was. Maar vorig jaar kwam er niets. Geen dank je wel, geen wat fijn, geen wat lief, geen dat heb je leuk verzonnen, helemaal niets. Het maakte dat ik me klein en onzeker voelde. Werd ik nu wel of niet gewaardeerd? Mocht ik bestaan? Werd het op prijs gesteld dat ik er was? Of was ik weer eens te veel, te intens en te overweldigend?

En nu dus dat kaartje, zorgvuldig voor mij uitgezocht. Dat kaartje vol met dank, dat kaartje vol met waardering om wie ik ben, om wie ik was, want ik ben gegroeid, veranderd, getransformeerd! Ik doe mijn best niet achter alles een dubbele betekenis te zoeken, om niet te lezen ik mis jou even veel als jij mij hebt gemist. Om niet te lezen, bij jou weg gaan was een fout die ik niet had moeten maken, maar ik was bang. Ik doe mijn best om alleen maar te lezen dank je wel dat je in mijn leven was, maar vlindertjes die moet je niet bewaren in een potje, dan krijgen ze geen lucht en gaan ze dood. Vlinders die moeten vrij rond vliegen zodat zoveel mogelijk mensen hun schoonheid kunnen zien. Vlinders hebben ruimte nodig om te kunnen fladderen. Dus dag lief vlindermeisje, sla je vleugels uit en wees vrij en als het je uit komt vlieg dan langs mijn raam, zodat ik naar je kan zwaaien

Oma

Februari 2011

Zaterdag stierf ik een Sjamanistische dood. Een heftig ritueel waarbij je alles achter je moet laten om weer helemaal helder en schoon opnieuw te kunnen beginnen. Zondagnacht stierf mijn oma. Alleen voor haar is er geen kans meer om helder en schoon opnieuw te kunnen beginnen. In ieder geval niet in dit leven en of ik geloof in levens na of voor dit leven weet ik niet zeker. Ik vind het een prettige gedachten dat dingen beperkt eindig zijn. Dat er nieuwe kansen zijn. Maar acht de kans ook groot dat dood gewoon dood is, dat er daarna alleen maar een oneindig niets is. Uit niets ben je gekomen en tot niets zul je wederkeren. Zoiets.

Ik had geen band met mijn Oma. 18 jaar geleden heb ik al afscheid van haar genomen. Of eigenlijk nam zij afscheid van mij, ik was een meisje van 10 en had daar zelf geen invloed op. Natuurlijk had ik in de jaren daarna contact kunnen zoeken met haar. Er is ook wel een vluchtig contact geweest een keer in de 5 jaar of zo. Maar wij waren zo van elkaar vervreemd dat we beide niets meer in elkaar vonden.

Ik ben daar boos over geweest. Waarom kunt u niet van me houden? Waarom interesseert het u zo weinig wat er in mijn leven afspeelt. Weet u wat mij bezighoud? Wat ik doe? Waarom ik doe wat ik doe? Dit zijn vragen die ik stelde aan de wind, aan de bomen, aan zomaar een ster of aan mezelf. Antwoorden kwamen nooit.

Vandaag was ik op haar crematie. Ik was niet van plan te gaan. Wat had ik daar nog te zoeken? Het afscheid was al genomen. Maar mijn vader en zusjes zouden gaan en zouden het opprijs stellen als ik mee zou gaan. Bovendien waren er neven geweest die moeite hadden genomen mij te berichten over haar overlijden. Misschien dat deze het op prijs zouden stellen als ik er zou zijn. Dus ik ging.

Ik hoorde verhalen over een vrouw die warm en hartelijk geweest was. Verhalen over een vrouw die ik niet herkende maar ik begreep dat de sprekers oprecht waren, dat ze vanuit hun hart spraken. En langzaam viel de woede van mijn schouders af. Ik kon oprecht blij zijn dat ze voor mijn neefjes wel een liefdevolle rol had vervult. Dat er mensen zijn die haar zullen missen. Dat er mensen zijn in wie ze wel geïnteresseerd was. En dat ze dat niet in mij was dat heeft pijn gedaan maar is niet meer te veranderen.

Ze is dood, er kan niet meer helder en schoon opnieuw begonnen worden. Dat geeft vooral een hoop rust. Ik hoef me niet meer af te vragen waarom dingen zijn zoals ze zijn, ik hoef me niet meer af te vragen of ik haar al dan niet moet opzoeken (een vraag die vanaf mijn 12e regelmatig in mijn gedachten en gevoelswereld opspeelden) ik hoef me niet meer af te vragen of ze weet wat me bezighoud. Ik kan het afsluiten, het achter me laten. En als ik nu vertel dat ik geen opa’s en oma’s meer heb dan is dat niet alleen een knagend gevoel, dan is dat ook stoffelijk zo.

Oma, ik heb u nauwelijks gekend, zoals u mij nauwelijks gekend heeft. Het voelt zelfs vreemd om u Oma te noemen, omdat dit een geuzennaam is voor een oude vrouw die een bepaalde rol vervult, een rol die u voor mij niet vervult heeft. Het is te laat voor verwijten.  Dag Oma, rust zacht.

schelp en parel

schelp

Op mijn altaar ligt al jaren een schelp als symbool voor de godin. Omdat de schelp hol is strooi ik er soms wat zout in als symbool voor aarde, of brand ik er wat wierrook in als symbool voor lucht. Ik heb nog 9 van deze schelpen. En hoewel ze er bijna identiek uitzien, is mijn schelp toch bijzonderder. Ook had ik een worksop, over Zoe de kleine zeemeermin die op zoek ging naar de mooiste schelp van de zee. Ik had bedacht dat ik een piepschuim balletje parelmoerkleurig  zou laten verven en in de schelp zou laten plakken. Er was alleen een probleem, er deden tien kinderen mee aan de workshop, en ik had maar 9 schelpen. En 9 schelpen is er een te weinig.

Nu was er nog geen les geweest waar ook daadwerkelijk 10 kinderen aan mee deden. Dus bedacht ik dat ik voor de vorm best mijn altaarschelp mee kon nemen. Zodat het zou lijken alsof ik wel genoeg materiaal bij me had, maar eigenlijk zou ik schelp nummer 10 gewoon weer mee naar huis nemen. Een voor een kwamen de kinderen het workshop lokaal binnen, ik telde er al, 5, 6,7,8, het ging er om spannen, 9, laat dit de laatste zijn, nee hoor, 10! Koortsachtig dacht ik na, wat te doen? Moest ik ze per twee tal een schelp laten maken? Maar dan zouden ze veel te snel klaar zijn? Kon er niet gewoon eentje ziek worden? Konden we de schelpen niet gewoon tekenen? Dat is toch ook heel leuk? Ik kwam er niet uit, dus besloot ik maar schepen uit te delen. Alleen nu de vraag aan wie moest ik mijn altaarschelp uitdelen? Ik wilde dat hij bij een bijzonder kind terecht zou komen. Iemand die hem zou bewaren ook, niet iemand die hem in de prullenbak zou gooien. Terwijl ik aan het peinzen was trok er een meisje aan mijn arm, “juf, ik wil die schelp hebben”, en ze wees mijn altaarschelp aan.

Glimlachend overhandigde ik haar mijn schelp. Nee, ik zeg het verkeerd, ik offerde haar mijn schelp. En ik voelde dat het goed zat, zij zou mijn schelp begrijpen, er moest een reden zijn dat zij perse deze wilde hebben. Ondertussen dacht ik diepe boeddhistische gedachten. Dat het maar gewoon een schelp was, maar gewoon een symbool, niet de godin zelf, dat iedere andere schelp het ook prima op mijn altaar zou doen, dat ik er niet zoveel waarde aan moest hechten en dat dit toch wel echt offeren is.

En  zo bleek deze laatste les dus vooral voor mij een les te bevatten


......

Parel

Toen ik net begon met bloggen was het meest gehoorde commentaar “je leest zo lekker weg”. Een opmerking die ik overeen vind komen met “Wat vind je van mijn nieuwe bank?” “Hij matcht wel goed bij je bloempotten”. Of “wat vind je van mijn nieuwe servies?” “Tja,(ongemakkelijke stilte) heel apart”. Ik nam me dan ook stellig voor te stoppen met bloggen als deze opmerking nog een keer gemaakt zou worden. Ik wil niet dat mijn schrijfsels bij de bloempotten matchen, of dat mensen er ongemakkelijk stil van worden als ze vinden dat het ter sprake moet komen. Het gekke is dat sinds die dag de commentaren veranderden.

Nooit meer hoor ik dat ik zo lekker weg lees. Nee, nu word ik op verjaardagen voorgesteld als Laura die altijd van die leuke stukjes schrijft. Of laten moeders van vrienden via hun zonen weten dat ze zo genieten van mijn stukjes (dank je wel mama van Aldo). Soms zeggen mensen dat ze een zin zo mooi gekozen vinden, of dat een sfeer zo duidelijk voelbaar is dat ‘ie bijna tastbaar word. Hoewel ik natuurlijk niet voor anderen schrijf, en ik het echt veel belangrijker vind dat ik zelf kan genieten van het schrijven, word ik van dat soort commentaren toch wel heel blij. Het voelt alsof ik een groei heb doorgemaakt. Alsof ik echt beter ben gaan schrijven (wat ook wel zo is).

Maar het aller mooiste compliment kreeg ik dit weekend. Een Regenboog vriendin was zo onder de indruk van mijn schelpen verhaal dat ze er door geïnspireerd raakte. Als ik een schelp die voor mij bijzondere waarde had opofferde aan een kind, dan kon zij ook wel een bijzondere schelp aan mij offeren. En dus kreeg ik een schelp die zo mooi is dat ik hem bijna niet aan durfde te nemen. Maar als Regenboog vriendin een geschenk van uit haar hart geeft dan durf je niet eens tegen te stribbelen. Dan is de enige gepaste houding een knuffel en een dank je wel. Ze vertelde over het eiland waar de schelp vandaan kwam en hoe ze hier vele jaren met veel plezier vakantie vierde. In poëtische bewoordingen beschreef ze de kleur van de zee en de structuur van het zand. Ze had er ook nog een parel in willen doen, maar had deze niet kunnen vinden. Ik glimlachte, ik heb geen parel nodig, het verhaal dat aan deze schelp zit is een parel waar geen echte parel tegen op kan.

Dank je wel Regenboogvisje!

Misschien

16 februari 2011

Fictie

Ze heeft niet veel inbeeldingsvermogen nodig om te bedenken hoe hij daar zit. De derde barkruk bij binnenkomst in het rokershok, zodat hij met de barman kan praten over de lekkere wijven die binnen komen. Maar er komen geen lekkere wijven binnen dus word er zwijgend naar een wedstrijd gekeken.

De wedstrijd interesseert hem niet, wel vind hij het fascinerend dat er op ieder scherm een andere wedstrijd te zien is. Zijn gedachten laten de spelers van het ene scherm naar het andere scherm lopen. Ze zullen raar opkijken daar op de tribune, als er ineens een american football speler het voetbalveld op komt lopen. Hij lacht, voor niemand is duidelijk of hij lacht om een grap die niemand hoorde of een grap die door niemand verteld werd. Beide opties stemmen hem mistroostig. Schaamt hij zich? Nee, hij is de schaamte al lang voorbij, en dat maakt hem nog mistroostiger. Hij weet zichzelf geen houding te geven en besteld nog maar een bier. Iets met een ingewikkelde naam, iets met een anekdote, dan kan hij de barman daar mee vermoeien en verstrijken er weer drie minuten. Maar de barman luistert maar met een half oor, omdat hij wel ge?eresseerd is in de wedstrijd. Hij doet alsof hij ineens een ingeving heeft en pakt een pen en een papiertje uit zijn binnenzak. “Football” en “Voetbal” krabbelt hij, en “daar zullen ze raar van opkijken”. Als er iemand probeert mee te lezen zullen ze niet snappen wat er staat, de moeite is tevergeefs, er is niemand die mee wil lezen.

Hij kijkt op de klok, half twaalf nog maar, zijn ogen speuren de omgeving af, nog steeds geen lekkere wijven. Bij de deur blijven zijn ogen hangen, misschien dat ze binnenkomt, vroeger zou zijn hart dan opgesprongen zijn, nu zou hij niet weten hoe hij zou moeten reageren. Misschien dat hij haar zou kunnen vertellen dat hij een draakje voor haar zou slachten, misschien zou hij kunnen vertellen dat hij tot drie uur op haar zou wachten, dat hij tot drie uur op haar heeft gewacht, avond aan avond, maar dat ze nooit meer door die deur kwam. Misschien kon hij vertellen dat hij een ex van haar zou vermoorden. Misschien dat ze daar om zou moeten lachen. Misschien dat niemand dan door zou hebben of ze zou lachen om een grap die niet verteld werd of een grap die niemand hoorde.

Nee, ze heeft niet veel inbeeldingsvermogen nodig om hem daar voor zich te zien. Om zijn eenzaamheid te voelen die als een lodenlast op haar schouders drukt. Om te zien hoe hij opstaat, de avond al opgevend voordat deze goed en wel begonnen is. Maar ook vanavond zal ze niet door die deur komen. Ook vanavond zullen haar voeten elders dansen, lichtvoetig zal ze zijn, zijn ijzeren greep zal verslappen. Ze zal niet meer achterom kijken, dat weet hij ook wel, ze zal de deur gesloten houden, het heeft geen zin meer om te wachten.

Rondom zien

Vroeger deed ik nog weleens iets spannends. Mee doen met een schrijfwedstrijd bijvoorbeeld. Hier won ik een publicatie mee.

17 maart 2011

Zien



“Jij hebt de dingen niet nodig
om te kunnen zien.


De dingen hebben jou nodig
om gezien te kunnen worden.”



Dit gedicht las ik op de muur van de Rotterdamse bibliotheek in de Hoogstraat toen ik een jaar of 17 was. Wie het geschreven had wist ik niet, vond ik ook niet belangrijk, het ging er niet om van wie het was, het ging om de betekenis, en die was diep vond mijn 17 jarige hart. Ik nam de zinnen over in mijn gedichtenschriftje en herlas ze wel honderd keer.



Eerst maakte het me boos, natuurlijk heb ik wel dingen nodig om te kunnen zien, zonder bril zie ik geen steek! Maar al snel veranderde deze vier simpele zinnen mijn kijk op de wereld. Want hoewel ik die bril nodig heb om te kunnen zien, is dit het enige object dat ik nodig heb om te kunnen zien. Al het anderen dat ik droeg om mij mooi te maken aan lijfsieraden en kleding had mij nodig. Een stel laarzen hoe prachtig ook blijft levenloos als ze geen voeten hebben om zich omheen te plooien. Feestelijke jurkjes worden door niemand gezien als ze in de kast blijven hangen. Mijn hele button collectie en mijn bolhoedje blijven verborgen voor de wereld als ik ze niet mee naar buiten neem om gezien te worden.



Sinds dien ben ik een ander persoon, ik ben niet meer dat muurbloempje, ik ben niet meer onzichtbaar als het behang. Want ik heb een missie, er zijn dingen die gezien moeten worden, en ik moet ze tentoonstellen! Ik moet ze mee naar buiten nemen om te spelen.



Inmiddels weet ik dat het gedicht een liefdesgedicht is van K Schippers. Toepasselijker kan het bijna niet. Het gedicht dat mij leerde om liefde te hebben voor mezelf en de wereld om me heen, waardoor ik me soms zo bedreigd kon voelen, omdat iedereen zo groot was en ik zo klein, was ook bedoeld als liefdesgedicht!



Ik lees het nog steeds graag en vraag me dan af of het de ogen van de vrouw waarvoor het bestemd was ook geopend heeft. Of zij vanaf die dag met een heldere blik de wereld in gekeken heeft. En met opgestoken krulletjes en mooie spulletjes rond geparadeerd heeft omdat ze het verdiend gezien te worden.

Spelen alsof je een groot mens bent

12 april 2011

Ik wil dingen graag goed doen. Misschien wel tot het verdrevenen toe. Als ik ergens uitgenodigd word probeer ik een goede gast te zijn. Dat ik vegetariër ben en dus geen vlees eet vind ik vaak al heel vervelend voor mijn gastheren of vrouwen. “Ik eet soms wel vis hoor”, zeg ik er dan snel achteraan in de hoop dat dit het zonder vlees koken wat makkelijker maakt. Gastheren en vrouwen schijnen het vaak veel minder een probleem te vinden. Stiekem wilde ze al weken dat ene vegetarische recept uitproberen, maar komen ze daar niet toe omdat ze zo in de routine van aardappelen, groenten en vlees zitten.

Daarnaast probeer ik attent te zijn. Iets mee te nemen. Een bloemetje, een flesje wijn of een doosje chocolade.  Vaak denk ik daar pas zo laat aan dat ik niets meer kan halen omdat naar de winkel rennen betekend dat ik te laat ga komen. Het is dan of met lege handen aankomen of hopen dat ik nog iets in huis heb dat ik mee kan nemen. Ja ik weet het, heel slecht. Maar het gaat om het gebaar, bovendien zou het iemand uit maken of dat flesje wijn bij mij uit de kast komt, of dat ik nog even naar de AH gerend ben?

Dan komt nog de beproeving van een goede tafeldame zijn. Gespreksonderwerpen aansnijden, waarbij gelet moet worden op welke onderwerpen bij wie vermeden moeten worden. In het algemeen geld dat de onderwerpen luchtig moeten zijn en politiek vermeden moet worden.

Als je dat allemaal zonder kleerscheuren gelukt is moet je nog aanvoelen wanneer je moet vertrekken. Hierbij geld vooral dat je gevoelig moet zijn voor hints. Beginnen mensen te gapen of dingen te zeggen als “ik ben toch wel moe” of “morgen moet ik ook weer werken hé” weet je dat je er eigenlijk al te lang bent en dat je binnen tien minuten buiten moet staan. Aan de andere kant wil je ook niet direct na het eten verdwijnen. Dat staat weer zo onbeschoft en alsof je alleen voor het eten bent gekomen.

Kortom ik ben blij dat het erop zit. Spelen dat je een groot mens bent valt nog lang niet mee als je het goed wilt doen!

Sportpaleis

19 maart 2011

Zusje laat me trots haar sportschool zien, daar is het zwembad en daar de sauna wijst ze, en boven kun je fitnissen, hier links zijn tennisbanen en daar achter kun je squashen. Ze word steeds enthousiaster naar mate ze me meer van het sportpaleis laat zien. Ik voel me steeds kleiner worden. Hoewel ik me mee laat slepen door haar enthousiasme overvalt me ook een weemoedig gevoel. Ik denk terug aan toen wij nog kleine meisjes waren en we op aerobics zaten in een sportschool ergens achteraf. Niet meer dan wat kleedkamers, een paar fitness apparaten en een zaaltje vol met matjes, steps en gewichtjes. Ik vond het heerlijk om in apparaten te hangen waar ik eigenlijk te klein voor was, of me moe te rennen op de loopband om na een uurtje mijn rolschaatsen weer onder te binden en mijn laatste energie op te skaten onderweg naar huis.

Maar vandaag zijn we hier niet voor zwembaden of sauna’s en weemoedige gedachten zijn ook niet toegestaan. Nee, wij moeten ons nonchalant met een handdoekje over onze schouders bewegen tussen het zelfverzekerde sportende publiek, want vandaag neemt zusje mij mee naar een lesje zelfverdediging.

Of we weleens eerder iets hebben gedaan met zelfverdediging vraagt de meneer die deze les verzorgt. “Iets van Judo of Karate ofzo?” suggereert hij. Ik maak een opsomming van alle proeflessen en cursusjes die ik gevolgd heb. Tae Kondo, Kikckboksen voor meisjes gecombineerd met zelfverdediging en Kung Fu. Vooral de Kung Fu vind hij interessant. Ik roep er nog snel achteraan dat ik dat helemaal niet zo lang heb gedaan. Ik wil de verwachtingen van mijn kunnen natuurlijk niet te hoog gespannen hebben.

Dan begint de les, zusje en ik staan tegen over elkaar en moeten elkaars hand weg duwen zonder het contact te verliezen. Kennelijk doen we dit niet goed want we moeten van partner wisselen. Uiteindelijk sta ik tegen over een grote jongen met lang haar en woeste piercings. Het komende uur moet ik me door  hem laten aanvallen en wurgen om vervolgens uit zijn greep ontsnappen. Ik ontsnap keer op keer, tot hij echt kracht begint te zetten en ik me realiseer dat ik ook met al deze truckjes gewoon de sigaar ben als het er op aan komt.

Dan is het uurtje weer afgelopen. Zusje en ik sjokken met onze handdoekjes over onze schouder zelfverzekerd tussen de sportende mensen massa door. Volgende keer mag ik mee zwemmen en fitnissen, misschien ook nog wel squashen. Ik kijk er met weemoed naar uit!

Transgender

14 april 2011

Nog voordat een van mijn beste vriendinnen vertelde eigenlijk geen vriendin te zijn.

In Apollo is een themacafé over Transgenders. Niet een onderwerp waar ik direct iets mee heb, maar een van de spreeksters is een vriendin van een vriend van mij. En vriendinnen van vrienden moeten gesteund worden zeker als ze over zo’n moeilijk onderwerp gaan praten. Kennelijk waren er meer mensen die daar zo over dachten want het zit goed vol en gaandeweg de avond komen er steeds meer mensen bij.

De vriendin van een Raafje doet haar verhaal. Ze verteld hoe ze vroeger een stoere jongen was geweest, omdat ze zich een houding probeerde aan te meten maar dat ze zich eigenlijk nooit lekker voelde in die rol, er klopte iets niet. Hoe ze via Kelly op televisie ontdekte wat er niet klopte, ze zat in een verkeerd lichaam. Daarna volgde een slopend proces van naar winkels toe gaan om meisjes kleren te kopen maar toch met lege handen weer terug te gaan. Tot ze uiteindelijk een keer wel durft en meteen voor 200 euro aan make-up koopt en bovendien ook nog aan het winkelmeisje verteld dat het voor zichzelf is. Het meisje reageert, gelukkig, goed en er volgen meer aankopen. Stiekem in zijn kamer verkleedde hij zich tot wat hij nu is, een meisje. Maar het kon natuurlijk niet eeuwig stiekem door gaan. Dus werd het verteld aan moeder en zusjes die gelukkig ook open minded reageerden. Hierdoor gesteund kon hij naar de juiste instanties bellen en begon er een proces van psychelogische tests, een jaar lang als meisje leven en uiteindelijk de operatie. Zo komt het dat we nu luisteren naar een prachtige, stoere vrouw! Er is lef voor nodig om zo openhartig voor een groep te spreken. Veel dingen die ze verteld klinken herkenbaar omdat ze overeenkomen met een “gewone” coming out. Maar als je homo, lesbisch of bi bent houd het op na die coming out. Hier begint het dan pas echt.

Ze vertelde hoe ze als man al in de kinderopvang had gewerkt en hoe moeilijk ze het vond om als vrouw weer terug te keren. Zeker als invalkracht. Iets waar ik me heel goed iets bij kan voorstellen. Het is sowieso al lastig hoe collega’s, kinderen en ouders op je reageren als je invalkracht bent, laat staan als er iets anders dan anders aan je is. Maar ze zet de stap en het blijkt mee te vallen, inmiddels heeft ze een leuke baan op een BSO. Mijn netwerkantennes reageren meteen.

“Wat leuk dat je op een BSO, werkt, dat wist ik helemaal niet”. Begroet ik haar dus in de pauze. Ze verstaat me verkeerd en zegt “Ja natuurlijk kan dat”. Iets dat mij overduidelijk lijkt, je veranderd van geslacht, je bent niet ineens gehandicapt, het lijkt me dat je alles wat je daarvoor ook kon, en dat niet geslacht specifiek is nog steeds kunt. “uhhu, roep ik, maar ik wist het niet, ik vind het leuk”. Verbaasd kijkt ze me aan. “Maar Laura, we hebben samengewerkt, weet je dat niet meer”. Ik graaf in mijn geheugen, maar ik ken niemand die me aan dit meisje doet denken. Dan noemt ze me haar oude naam en vallen puzzelstukjes op zijn plaats. Het was een stagiair geweest op een andere vestiging, die wegens persoonlijke problemen was vertrokken. Niemand had ooit naar de aard van die problemen gevraagd, dat had ongepast geleken. Even voel ik me zo stom. Al een jaar lang moet ze gedacht hebben dat ik wist wie ze was, en al die tijd wist ik van niets. Nu ik terug reken moet het wel heel vlak na de operatie geweest zijn dat ik haar leerde kennen. Wat moet dat moeilijk voor haar geweest zijn. En wat ben ik onopmerkzaam geweest. Dan weten vrienden relativerende dingen te zeggen. Ze ziet het vast als een compliment, dat jij haar niet herkende moet wel zeggen dat de operatie goed gelukt is. Laten we dat dan maar hopen!

vrijdag 8 november 2013

Missie completed

1 april 2011

Een van de meiden van mijn vorige werk nodigt me uit om bij haar en haar ouders te komen eten.  Omdat ik het altijd erg naar mijn zin heb gehad bij mijn vorige baan en dit een van de kinderen was die zeker heeft bijgedragen aan mijn leuke tijd daar neem ik de uitnodiging graag aan. En zo komt het dat ik met een bosje bloemen in bus 35 op weg naar Nieuw Terbregge ben. Een bosje bloemen maakt een mens meteen interessanter bedenk ik me. Zou iemand het gekregen hebben? Zou iemand het gaan weggeven? En ter gelegenheid waarvan? Zou je aan de manier waarop iemand bloemen vast houd kunnen zien of iemand het weg gaat geven of gekregen heeft? Misschien moet ik vaker reizen met een bosje bloemen.

De straat waar het meisje woont herinnerde ik me nog, het precieze nummer was ik alleen vergeten. Ik tikte haar naam in op google, in de hoop ergens in een online telefoonboek of zo, een adres te vinden. Het enige dat ik vind is iemand met een Linked in profiel. Nu is de tijd best snel gegaan, en worden kinderen groot in een handomdraai, maar ze leek me toch echt te klein voor Linked in.  Zonder nummer loop ik vol vertrouwen haar straat in. De ijdele hoop hebbende dat ik het huis wel zal herkennen.  Als ik de straat in loop en bij mensen naar binnen probeer te gluren moet ik bekennen dat dit plan onzinnig was. Wat verwachtte ik nu helemaal? Dat het huis zou oplichten en er een pijl boven zou verschijnen alsof ik in een computer spelletje beland ben? HIER MOET JE ZIJN! MISSIE COMPLETED!

Mijn ogen speuren de omgeving af, misschien fietst er ergens een kind, kinderen weten feilloos waar andere kinderen wonen. Maar het is etenstijd, er zijn geen kinderen. Ineens voel ik me belachelijk met mijn bosje bloemen. Dan hoor ik mijn naam roepen en staan twee ouders vrolijk te wuiven. Ik was van plan de bloemen aan het meisje te geven, maar ik zie haar niet, dus geef ik ze aan haar moeder die me er vervolgens op attendeert dat ik ze beter aan haar dochter kan geven. Zie je wel, alles komt goed, denk ik.

De dochter komt naar beneden en ik concludeer dat het een meisje is. Misschien een overbodige conclusie, maar ik bedoel een echt meisje. Vroeger was ze een tikkeltje jongensachtig geweest, maar nu stond er een jonge dame voor me. Uiterst beleefd en beheerst wissels ze beleefdheden uit. Haar correcte manier van spreken doet me denken aan mezelf op die leeftijd. Ik schepte er genoegen in zo accentloos mogelijk te spreken. Iets waardoor vrienden me nog steeds plagen met mijn kinderen voor kinderen accent.

Ook ik schijn een transformatie door gemaakt te hebben. Waarbij denk ik vooral gedoeld word op het ontbreken van dr Martens en vreemde niet voor de hand liggende kleurencombinaties. Misschien ben ik stiekem iets meer een mevrouw geworden dan ik ooit zal toegeven.

Na de beleefdheden was het tijd voor eten, onderweg in de bus had ik me nog afgevraagd wat ik zou moeten doen als de gesprekken heel stroef zouden verlopen, of wat ik moest doen als ik niets om te zeggen wist. Maar dit was een bezorgdheid die nergens op sloeg. De gesprekken verliepen alsof er geen drie jaar tussen had gezeten. Als mensen oprecht geïnteresseerd zijn in elkaar maakt het niet uit of je 8 of 88 bent. MISSIE COMPLETED!  

Nieuwe mensen leren kennen

Vroeger deed ik nog wel eens spannende dingen, nieuwe mensen leren kennen bijvoorbeeld. Lees hier wat ik daarover schreef op 5 april 2011.



Als de gitarist en ik in het Vondelpark hangen bedenken we dat het wel leuk is om af te spreken met een vriend van hem die net in Amsterdam is komen wonen. De vriend heeft nog geen tijd want die heeft net een kussengevecht op de dam. Ik gok iets met een flashmob. Maar als hij daar mee klaar is heeft hij nog wel even tijd iets met ons te drinken,  voordat hij nieuwe mensen gaat leren kennen. Bedenkelijk kijken we elkaar aan. Kun je tegenwoordig van te voren bepalen dat je nieuwe mensen gaat leren kennen? Is dat niets iets dat zomaar spontaan gebeurd?

De vriend legt ons uit dat het een website is. Als je lid bent van die site kun je op duizenden activiteiten intekenen met als doel nieuwe mensen te leren kennen. Eigenlijk is het enige dat je hoeft te doen open te staan voor nieuwe mensen. Onze nieuwsgierigheid is gewekt en we vragen de vriend een zo gedetailleerd mogelijk verslag te geven van zijn bevindingen. “Waarom gaan jullie niet mee, dan kun je zelf zien wat het is”, vraagt de vriend die overduidelijk geen zin heeft in gedetailleerde verslaggeving. Stel je voor dat je dan net dat enne belangrijke detail vergeet? Of dat hij op hele andere dingen let dan wij? Nee, het is maar het beste als we zelf op verkenning uit gaan.

En dus zitten we even later aan een tafeltje in een restaurant, want dat was de activiteit van vandaag. Ik kijk de tafel rond. Dus deze mensen moet ik leren kennen. Zou ik aan het eind van de avond overhoord worden? Om te kijken of ik wel goed genoeg heb opgelet? Voor de zekerheid probeer ik mijn buurman te leren kennen. Hij doet iets als it’er. Voor de rest komt er niet veel uit. Ik probeer mijn andere buurman te leren kennen. Die doet iets agrarisch. Ik hou van agrarisch. Ik heb zelf op een agrarische school gezeten en sommige van mijn vrienden zitten nog steeds in die branche. Het is dus een onderwerp waar ik best wel over mee kan praten. De organisatrice doet haar best mij te leren kennen, maar als ik niet uit Amsterdam blijk te komen maar uit die andere grote stad is haar interesse snel over. Ik wil de vegetariërs aan de overkant van de tafel wel leren kennen. Maar ze zitten zo ver weg, en de muziek staat zo hard dat ik er niet toe kom. De vrouwen links van me zou ik ook best willen leren kennen, maar ze zijn zo druk met elkaar bezig dat ze niet eens opmerken dat ik er ook ben. Dus zit ik opgesloten tussen mijn buurmannen, de gitarist en de vriend die net in Amsterdam is komen wonen. Maar die ken ik al, dus dat lijkt me niet de bedoeling van de avond.

Als het eten op is word er nog gestapt. Wij gaan niet meer mee. Ik voelde me al niet zo lekker en mijn buikpijn begon nu goed door te zetten. Nieuwe mensen heb ik niet leren kennen, ik heb er hoogstens aan mogen snuffelen. Namen ben ik alweer vergeten, zoals zij mij waarschijnlijk ook alweer vergeten zijn.

New Shoes

Nog eentje uit de oude doos. Hoe duidelijk was dit alleen een kapstokje om een liedje aan op te hangen. Bijna schattig gewoon. Op 27 mei 2011 schreef ik:

Eindelijk zijn ze binnen, mijn nieuwe schoenen! Toen ik ze zag MOEST ik ze gewoon hebben. Helaas hadden ze in de winkel alleen nog maar een beschadig paar en waren ze niet bereid me korting te geven. Wel wilde ze een ander paar uit een ander filiaal voor me halen. Hoe onpraktisch het ook is, in mij blijft altijd een klein meisje huizen die ze dan meteen aan wil. Dus loop ik al de hele dag rond te stampen op mijn nieuwe hakjes. En strakjes, neem ik ze, hoe onverstandig dat ook is, mee uit dansen.

Verder heb ik wel heel verstandig geen Hello Kitty pyama gekocht, en ook geen gestippeld dekbedovertrek om nog maar te zwijgen over de Hello Kitty pet met stippen die ik ook niet gekocht heb.

Maar nu ga ik mijn weekend in dansen met Paolo Nutini, dansen jullie mee?


Munttheemoeders

Ik ben mijn hyves aan het leeghalen. Daar staan nog een heleboel oude blogjes op. Wat de moeite waard is zal ik hierheen overplaatsen. Op 30 mei 2011 schreef ik een stukje over munttheemoeders.
Een term die ik sinds dien nog steeds af en toe gebruik. Soms zeg ik voor de grap dat ik het ambieer om munttheemoeder te worden. Hoewel dat een grapje is zou ik het helemaal niet erg vinden om minder te werken. Jammer genoeg moet de hypotheek gewoon betaald worden. En zit minder werken er dus gewoon echt niet in. Hoe dan ook, hier het stukje van toen!



Als ik lui met mijn moeder en stiefvader op een terrasje zit en een kopje muntthee bestel reageert mijn moeder zogenaamd geschokt. “Zou je dat nu wel doen? Straks denken de mensen nog dat je een munttheemoeder bent.” Ik kijk haar bedenkelijk aan. Een wat? “Een munttheemoeder”, herhaald mijn moeder, kennelijk had ik haar toch goed verstaan.

Munttheemoeders is een term uit de Opzij. Het gaat om hoger opgeleide vrouwen met kinderen, zonder baan. Op zich is daar niets vreemds aan. Maar deze moeders moederen ook niet, de zorg voor de kinderen word uitbesteed aan een nanny, reguliere kinderopvang of oppasmoeder zodat ze tijd over hebben om zichzelf te ontplooien.

Binnen no time pikt ook twitter de term op en lijkt iedereen een mening te hebben over deze munttheemoeders. Tja, mij lijkt het niets om de hele dag een beetje vakantie te vieren terwijl je kroost op de opvang zit. Heb je tijdens schooltijden niet genoeg tijd om jezelf te ontplooien? Als je je kinderen laat overblijven ben je ze toch ook van 9 tot 3 kwijt? Lekker een werkster inhuren die in die tijd je huishouden doet en jij kunt je nagels laten lakken of lekker naar yogales. Want dat schijnt een geliefde hobby te zijn van munttheemoeders. Daarna heb je nog plenty tijd over om ijsjes te eten met je kinderen of op de rand van de zandbak toe te kijken hoe zij lief aan het spelen zijn. Ideaal als je het mij vraagt.

Aan de andere kant snap ik het ook wel als de werkende moeders bij ons op de BSO een dagje vrij nemen en hun kids toch naar de BSO laten komen. Even lekker wat tijd om met vriendinnen af te spreken of ongestoord te kunnen shoppen. Munttheemoeder voor een dagje, genieten moet dat zijn.  Het is immers allemaal al druk genoeg als werkende vrouw en moeder. Waarom roept het dan zoveel weerstand op als vrouwen die (tijdelijk) niet werken behoefte aan die vrijheid hebben en hun kinderen een of twee dagen uitbesteden? Als hun mannen dat nu voor hen over hebben? Als zij het niet erg vinden om financieel afhankelijk te zijn? Waar zou ik me dan druk om maken?

maandag 4 november 2013

Geef maand #1 2013

De "Buy nothing new month" is nog niet voorbij of de geef maand dient zich alweer aan. Miss Artemis zou Miss Artemis niet zijn als ze deze uitdaging niet ook met twee handen aan zou pakken.

Eerst nog even de status van de Buy nothing new month. Ik heb stiekem wel twee boeken gekocht. Eentje omdat het een van de boeken van een trilogie was die ik compleet wilde hebben. Mijn zoektocht om het boek tweedehands te scoren faalde jammerlijk en ik wilde het perse lezen. Een ander boekje omdat ik al heel lang op zoek was naar een Nederlandse vertaling van dit boekje en daar nu zomaar tegen aan liep. Terwijl het ook nog eens onwaarschijnlijk laag geprijsd was. Daarnaast heb ik wat nepbloemen gekocht omdat ik die anders toch direct na deze maand zou gaan halen. Aangezien ik ze nodig heb voor een huiswerkopdracht van de godinnencursus. Voor de rest hebt ik echt niets nieuws gekocht. Ik moet wel toegeven dat het meehielp dat ik een enorme rekening van de Ortodontist kreeg en dus even echt iets minder te besteden had.

Dan nu de geefmaand. Het is dus de bedoeling dat ik in November iedere dag iets weg geef. Of dat nu iets materieels of iets immaterieels is maakt niet zoveel uit. Het gaat om de ervaring van het geven. Hier schreef ik al meer over wat de bedoeling van de maand precies is.

Ik zal jullie niet iedere dag met een stukje vermoeien. Maar om de paar dagen vertellen wat ik tot nog toe heb mogen geven. En natuurlijk begin ik bij het begin.

1 november


November geef maand, ik zit mezelf af te vragen wat ik eens weg zal geven. Tot ik me realiseer dat ik al bijna 2 uur jaarkaarten voor mensen aan het trekken ben. Alsof dat geen geven is. Op 1 November 2013 heb ik dus weggegeven tarot readings.
Daarna heb ik op mijn werk een mooie kleurplaat ingekleurd en aan mijn moeder cadeau gedaan. Heb ik samen met mijn moeder een kaartje gekocht voor een vriendin die anders niet mee kon naar een feestje en heb ik aan random mensen van die glow in the dark sticks uitgedeeld. Wat leuke gesprekjes met hilarische wendingen opleverden.  


2 November

Heb ik nog eens twee jaarkaarten weg gegeven en schreef ik een gastblog voor Liv over de geef week. Liv haar vaste gastblogger kon door omstandigheden niet bloggen en ze was naarstig opzoek naar een gastblogger. Zo wordt geven me wel heel makkelijk gemaakt.

3 November

Weer twee jaarkaarten getrokken voor mensen. Mijn moeder komt op het idee om de dames van de godinnencursus een Roos te geven. We kopen twee bossen met rozen en delen uit. De vrouwen reageren super lief en verrast.

4 November

Oke, ik geef toe het begint een beetje saai te worden. Maar ook vandaag heb ik een jaarkaart voor iemand getrokken. Het is er nu eenmaal de periode voor. Verder voelde ik me vandaag te ellendig door ongesteldheid en te weinig slaap om heel actief dingen weg te geven. Morgen weer een dag.

 

zondag 3 november 2013

Samhain

In de nacht van 31 oktober op 1 November was het Samhain, het keltisch nieuwjaar.
Halloween, allerheiligen, allerzielen en Dia de los Muertos (de Mexicaanse dag van de doden) worden ook rond deze periode gevierd. 


Feesten die allemaal hetzelfde thema hebben, de dood. Dat is niet zo gek. In deze periode is de sluier tussen deze wereld en de wereld van de doden namelijk het dunst. En daarmee kun je op deze dag makkelijk contact maken met de doden. Traditoneel wordt dit gedaan door een extra bord op tafel te zetten, zodat je overleden dierbaren weten dat ze welkom zijn om aan te schuiven. Je kunt natuurlijk ook iets te eten of te drinken aanbieden op een altaar of zoals ze in Mexico gewend zijn op de graven van je dierbaren.

In 2008 heb ik de rite in Mexico Mogen mee maken. Een ervaring waar ik nog steeds erg dankbaar voor ben. Als je daar bent tussen al die mensen die hun doden eren met bloemen, voedsel en de nodige alcohol kun je bijna niet anders dan geloven dat er contact mogelijk is.


Mijn schmink geinspireerd op de dag van de doden

 
Ook is dit een  periode van oogsten en slachten.

Een periode van loslaten wat je niet meer nodig hebt. Het dumpen van je ballast. Zodat je mee kunt nemen wat je nodig hebt om te groeien.

Ik realiseerde me nooit dat mensen niet alleen loslaten maar ook losgelaten kunnen worden.

Zwevend tussen iets en niets.

Volgend jaar weet ik vast wat ik moest leren


Maar eerst heb ik een feestje te vieren. De juf van de Godinnencursus organiseerd namelijk ook vieringen van dit soort jaarfeesten. Ze begint positief, al was ze wel de helft van haar spullen vergeten. Omdat we de juf al langer kennen is niemand echt verbaasd. Ze is een chaoot. Maar dat maakt haar juist zo leuk. Iemand uit de groep merkt op dat haar partner er niet bij is. En ze verteld een verhaal over een file. Uiteindelijk kan ze het niet meer voor zich houden. De file was een leugen. Ze zijn uit elkaar. Hoewel ik niet van plan was er tegen iemand over te beginnen kan ik niet anders dan ook maar vertellen dat mijn lief en ik wat afstand van elkaar hebben genomen. Als we elkaar aankijken weten we dat wij als geen ander weten wat loslaten is. Onze situatie is verglijkbaar. We houden van onze liefdes. Gitaristen, allebei. We weten dat we ze zullen blijven zien. Dat we heus nog wel naar
optredens zullen gaan. Maar dat het soms voor allebei beter is om los te laten, tijdelijk of voor altijd.

De rest van de viering is vooral heel mooi. We mogen trommelen op de powwow. We lopen een driesprong, krijgen advies voor de rest van het jaar door middel van orakelkaarten. En geven en krijgen heel veel liefde. Er zitten mensen tussen die elkaar al een eeuwigheid kennen. We zalven ons aan hun vriendschap. Maar ook ontstaan er nieuwe verbintenissen. Voor mij persoonlijk gebeurde dit nogal heftig toen ik samen met een nieuw vriendinnetje op de powwow aan het trommelen was. We hadden er zoveel plezier in alsof we iets deden dat eigenlijk niet mocht. Een moment van verbondenheid dat niet in woorden te vangen is.


Je laten adviseren door een orakel is ook iets dat in deze periode veel gebeurd. Op Facebook heb ik voor een aantal mensen een jaarkaart getrokken. Voor mezelf heb ik  natuurlijk ook een kaartje getrokken. Mijn kaart gaf verandering aan, ook op spiritueel gebied. Een verandering die reeds is begonnen. Ik moet mezelf serieuzer nemen. Op tal van gebieden, maar zeker ook op spiritueel gebied.

De huiswerkopdracht die ik 3 weken geleden al op kreeg, maar waar ik maar niet aan toe leek te komen vind vanavond spontaan doorgang. Hoe kan het ook anders? Is er een betere periode om een orakel te maken dan de periode van Samhain? Ik kon er eerder niet aan beginnen omdat de tijd er niet rijp voor was. Later zal ik meer over mijn schelpenorakel vertellen.  

Voor nu wil ik afsluiten en aanbieden een jaarkaartje te trekken voor mensen die daar behoefte aan hebben. Niet iedereen die dit blog leest is immers op Facebook te vinden. Ik wil jullie, trouwe en minder trouwe lezers graag bedanken voor jullie reacties en natuurlijk ook een heel gelukkig nieuwjaar toe wensen. En hoe kan dat nu beter dan door te doen waar ik goed in ben, door te orakelen! (ik begin maar meteen met mezelf wat serieuzer te nemen) 

Jullie kunnen hieronder een reactie geven of een mailtje sturen naar mis.laura.artemis[at]gmail.com
(ook voor mensen die het aandurven een schelpje te laten trekken uit mijn eigen orakel :)